Baarmoederverwijdering

In het ziekenhuis heeft u een afspraak met de gynaecoloog. Deze voert een aantal inwendige onderzoeken uit en maakt soms een echo. Afhankelijk van uw persoonlijke situatie, bespreekt u met de arts welke behandeling het meest passend is.

U wordt voor deze operatie verdoofd. Deze verdoving krijgt u van onze anesthesist. Voor de operatie doet de anesthesist een aantal onderzoeken om te kijken hoe fit u bent. Bijvoorbeeld bloedonderzoek en een röntgenfoto van uw hart en longen. U bespreekt met de anesthesist welke verdoving u tijdens de operatie krijgt: een lokale verdoving of volledige narcose. Lees hier meer over in de folder Anesthesie.

U meldt zich bij de groene afdeling. Onze verpleegkundige legt uit wat er gaat gebeuren, en beantwoordt al uw vragen. Bent u erg gespannen? Dan kunt u van onze verpleegkundige een pil krijgen waar u rustig van wordt.

Een medewerker brengt u naar de operatiekamer. Hier krijgt u de verdoving voor de operatie. U heeft van tevoren met de arts besproken welke verdoving u krijgt. Voor de vaginale baarmoederverwijdering is dit een ruggenprik of narcose. Voor de kijk- en klassieke operatie is dit algehele narcose. De baarmoederoperatie wordt volgens de afgesproken manier verwijderd. Een enkele keer treden hierbij problemen op en moet tijdens de operatie worden overgestapt naar de klassieke operatie.

Een medewerker brengt u naar de uitslaapkamer om bij te komen. Het kan wel een of twee uur duren voordat u naar de afdeling terug wordt gebracht. Hier kunt u bezoek ontvangen. De eerste dag bent u vaak slaperig met weinig trek in eten. We geven pijnstilling. Vaak is er een catheter in de blaas. Deze wordt verwijderd als u goed uit bed kunt komen om te plassen.

Na de vaginale- en na de kijkbuisoperatie mag u de dag na de ingreep weer naar huis. Na de klassieke operatie kunnen de meeste mensen na 3 dagen naar huis.

Als uw baarmoeder is verwijderd, moet u 4 tot 6 weken herstellen. We bellen u na 2 weken op om te vragen hoe het met u gaat en om de uitslag van de baarmoeder te bespreken. Ook komt u 1 keer terug voor controle. Tot 6 weken na de baarmoederverwijdering raden we u het volgende aan:

• Er mag niets in uw vagina komen. U mag daarom tot de controle-afspraak geen seks hebben waarbij er iets in uw vagina komt, geen tampons gebruiken, niet in bad, naar de sauna of zwemmen.
• Niet zwaar tillen: til geen dingen die zwaarder zijn dan 2 kilo.
• Niet springen.
• Geen buikspieroefeningen doen.
• Als u voelt dat iets te zwaar voor u is, wacht er dan nog even mee.
• De ontlasting moet makkelijk komen. Eet gezond, met genoeg vezels en drink 1,5 tot 2 liter per dag. U krijgt zo nodig een recept voor laxeermiddel mee.
• Autorijden: houd er rekening mee dat u in het begin waarschijnlijk minder geconcentreerd bent door pijn of de narcose. We adviseren daarom om in elk geval 2 weken te wachten met autorijden. Hetzelfde geldt voor fietsen.
• Huishoudelijk werk: doe geen zwaar huishoudelijk werk, zoals stofzuigen, ramen lappen en dweilen. Licht huishoudelijk werk (bijvoorbeeld stof afnemen) mag u na 1 week wel weer doen.
• U heeft afscheiding uit de vagina, dit kan tot 6 weken na de operatie duren. De eerste weken kan er ook bloed bij zitten. Ruikt de afscheiding anders dan normaal of heeft u koorts? Neem dan contact op met het ziekenhuis.
• De meeste mensen kunnen na 6 weken weer werken.
• Pijnstilling: de eerste weken mag u tot maximaal 4x daags 1000mg paracetamol gebruiken. Houdt de pijn aan dan kunt u dit aanvullen met 2x daags 500mg naproxen óf 400mg Ibuprofen. Deze pijnstillers kunt u kopen bij uw apotheek of drogist.

Twijfelt u ergens over? Of heeft u een vraag? Tot 30 dagen na uw operatie kunt u direct contact met ons opnemen. Onze medewerkers helpen u graag verder. Vragen die geen haast hebben, kunt u stellen via de BeterDichtbij app. We beantwoorden uw vraag binnen 3 werkdagen.  Meld u aan voor de BeterDichtbij app via uw gynaecoloog of verpleegkundige.